Abstract

Samenvatting Inleiding In Nederland betreft 31% van de suïcides op het spoor een jong persoon (tot 30 jaar). Jongeren zijn wellicht oververtegenwoordigd omdat zij impulsiever kunnen handelen en minder toegang hebben tot andere dodelijke middelen. Omdat het aantal suïcides onder jongeren stijgt, heeft dit onderzoek als doel om inzicht te krijgen in de kenmerken van jongeren die op het spoor overlijden. Methode Dit onderzoek gebruikt microdata van het CBS en interviewdata van een psychosociaal autopsieonderzoek in de periode 2017–2021. Er zijn chi-kwadraattoetsen, logistische regressieanalyses en kwalitatieve analyses uitgevoerd om kenmerken van spoorsuïcides te identificeren. Resultaten In totaal overleden 1.366 jongeren door zelfdoding, van wie 304 jongeren op het spoor. Dit waren vooral jonge mannen. Nederlandse herkomst, onderwijs volgen, laag opgeleid zijn en woonachtig bij ouders zijn waren kenmerken die vaker voorkwamen bij spoorsuïcides dan bij andere methoden, waarvan alleen onderwijs volgen sterk samenhing met spoorsuïcides. Opvallende thema’s in de interviews waren problemen op school, het niet kunnen realiseren van een zelfstandig leven en psychische problemen van jonge mannen met autisme. Beschouwing en conclusie Dit onderzoek geeft inzicht in de kenmerken van jongeren die zijn overleden door zelfdoding op het spoor. Naast fysieke maatregelen is in het onderwijs suïcidepreventie nodig en moeten er betere signalering en hulp komen voor jongeren met autisme.

Full Text
Published version (Free)

Talk to us

Join us for a 30 min session where you can share your feedback and ask us any queries you have

Schedule a call