Abstract

Strong women! The institutional position of the first women writers in Afrikaans In the early 1990s several Afrikaans literary scholars suggested that the work of the first Afrikaans women writers had been marginalised, because it supposedly went against the hegemonic Afrikaner-nationalist discourse. Since then research in the field of social history has indicated that during the first half of the 20th century, Afrikaner women were not as powerless as has often been assumed. In this article, the biographical details of women writers from 1902-1930 are provided, with special reference to their involvement in Afrikaans women’s organisations. The short story “Prente” (“Pictures”) by Mabel Jansen is used to illustrate the interrelatedness of literature and social work within the framework of this type of organisations. In the concluding paragraph an attempt is made to explain the marginalisation of these women writers’ work from an international perspective, with special reference to the interference between the Dutch and the Afrikaans literary systems.

Highlights

  • Begin jaren negentig lijkt in de Afrikaanse letterkunde het idee te zijn ontstaan dat de eerste Afrikaanse romanschrijfsters ten prooi zijn gevallen aan marginalisering door mannelijke critici, omdat de inhoud van hun boeken in strijd zou zijn met het heersende Afrikaner-nationalistische discours

  • Dit genre had in 1922 met J.R.L. van Bruggens Japie een eerste hoogtepunt bereikt

  • Ingrid Glorie van die skrywers en die verbeeldingloosheid en eensydigheid” van de realistische romans uit de jaren dertig, “terwyl die lewe in sy verwikkeldheid gerieflik vermy word”

Read more

Summary

Vrouwelijke auteurs en hun plaats in de Afrikaanse literatuurgeschiedenis

Begin jaren negentig lijkt in de Afrikaanse letterkunde het idee te hebben postgevat dat vrouwelijke auteurs ten prooi zijn gevallen aan marginalisering door mannelijke letterkundigen. In dit artikel focust Roos op de drie prijswinnaars van een door uitgeverij Van Schaik uitgeschreven romanwedstrijd: Onder bevoorregte mense van Marie Linde, Oogklappe van Meg Ross en Eensaamheid van Eva Walter. In meer algemene termen óf met betrekking tot andere fasen uit de Afrikaanse literatuurgeschiedenis constateren ook Amanda Lourens (1997), Annemarié van Niekerk (1990; 1999a; 1999b) en Jerzy Koch (2002) dat de canon van de Afrikaanstalige literatuur het product is van een door mannelijke critici gedomineerd selectieproces. De institutionele positie van de eerste Afrikaanse schrijfsters seringsstrategieën – dat het werk van vrouwelijke auteurs geheel uit de canon is verdwenen of niet de waardering heeft gekregen die het volgens andere criteria zou verdienen. Daarentegen zou het oordeel van vrouwelijke critici en het vrouwelijke lezerspubliek de constructie van deze canon nauwelijks hebben kunnen beïnvloeden

Vrouwelijke auteurs en hun maatschappelijke rol
Schrijfsterslevens
Conclusie
Full Text
Published version (Free)

Talk to us

Join us for a 30 min session where you can share your feedback and ask us any queries you have

Schedule a call