Abstract

In the past, country house research was mainly concerned with individual houses and gardens. Yet, as early as the seventeenth and eighteenth centuries, so many country houses were being built around the major cities that they came to define the landscape. Genuine estate landscapes took shape along several rivers (Amstel, Vecht), along the inner edge of coastal dunes, and on newly reclaimed land. In the middle of the seventeenth century, the rivers were augmented with a network of barge canals and soon they too were lined by a belt of country houses. The greatest density of country houses was to be found around Amsterdam, but other big cities in the provinces of Holland and Zeeland had their fair share as well. Access was mostly by water, but in some areas, especially in Zeeland, country roads performed this role. The majority of country houses were built on or next to a farm, which generally continued to exist and, in many cases, survived the country house. In a few areas, the evolving density of country houses has been traced in a detailed chronological record. In most cases it reveals progressive growth towards a high point in the first half of the eighteenth century, after which a gradual decline sets in. However, in a number of areas growth was much more rapid, in particular along the River Vecht. Sustained growth was followed by decline. In the final decade of the eighteenth century and the first decade of the nineteenth, large numbers of country houses were demolished and in many instances the land reverted to agriculture production. It appears that the decline set in earlier in Zeeland than in Holland, but regional differences in decline are not yet entirely clear.
 The second quarter of the nineteenth century saw the construction of a new generation of country houses, especially in the undulating sandy areas of the Utrechtse Heuvelrug and the southern part of the Veluwezoom, where railway lines provided access. The owners of this new crop of country houses laid out their gardens in the English landscape style. They also bought up vast, neighbouring heathlands from local councils or farmers and planted them with trees. As a result, these country houses are quite different in character from those of the earlier period.
 In the past the concentrations of country houses dominated the landscape and even today, wherever they have survived to a substantial degree they continue to represent an important landscape quality. As such, protection and management should not be confined to individual country houses but should extend to groups of country houses and their interrelationships (in the form of visual axes, for example). In recent years, a number of provinces have already set a good example by formulating policies for country house biotopes and linear estate landscapes.

Highlights

  • In de uitgebreide literatuur over buitenplaatsen gaat gen in het buitengebied een groot aantal verschillende veruit de meeste aandacht uit naar individuele huizen termen in gebruik

  • De objecten zelf gevoegd: ‘De stichting had ten doel de gebruikers van toonden ook een grote variatie: in omvang alleen al de rust en de landelijke omgeving te laten genieten. liep de reeks van de enorme, met buitenlandse land­

  • Tegelijk diende het als statussymbool en bood het de huizen vergelijkbare, buitenplaatsen van de stadhoumogelijkheid het beheer te voeren over de eventueel ders tot de tuintjes van de lagere middenklasse.[7]

Read more

Summary

Hans Renes

DE BUITENPLAATS: EEN INLEIDING voor de vaste of tijdelijke woonplaatsen van stedelin­. Dat niet iedere stad evenveel buitenplaatsen heeft nen stellen dat buitenplaatsbezitters lijken op hedenvoortgebracht, had ook te maken met de stedelijke be­ daagse toeristen die als reden voor een bezoek aan een volking zelf: nodig was vooral een elite van redelijke Spaanse costa aangeven dat ze worden aangetrokken omvang die beschikte over voldoende financiën om door het strand, het weer of zelfs het mooie landzich buitenplaatsen te veroorloven. 1779 (Stadsarchief Amsterdam) van buitenplaatsenlandschappen of, in een enkel ge­ Remmet van Luttervelt over de buitenplaatsen aan de val, komt zelfs een zekere eenheid tot stand door de Vecht en over de Stichtse Lustwarande.[32] werkzaamheden van een tuinarchitect.[28] In de volgen­ In de jaren zeventig lijkt de belangstelling voor een de paragrafen nemen we een aantal voorbeelden on­ dergelijke regionale benadering te zijn toegenomen.[33] der de loep. Noord-Holland de interessante observatie dat derge­ landse buitenplaatsenlandschappen uit de zeventienlijke platenboeken pas verschenen nadat de buiten­ de, achttiende en negentiende eeuw beschreven

BUITENPLAATSENLANDSCHAPPEN VAN
Arnhem Nijmegen
DE NEERGANG VAN BUITENPLAATSENLANDSCHAPPEN
Nieuwe allianties in de bescherming
Full Text
Published version (Free)

Talk to us

Join us for a 30 min session where you can share your feedback and ask us any queries you have

Schedule a call